Weer een interessante Raad van Beheer Kennis Tour lezing!
11 juli 2018Gaia is drachtig! Maar………. Niet van een Ierse Wolfshond reu……
7 augustus 2018De bevindingen van onderstaand onderzoek zijn gepubliceerd in het ‘Journal of Animal Breeding and Genetics’:
Limits to genetic rescue by outcross in pedigree dogs
J.J. Windig H.P. Doekes
First published: 24 May 2018
Limits to genetic rescue by outcross in pedigree dogs
De summary heb ik zo goed mogelijk vertaald via Google translator. Deze samenvatting bevestigd mijn idee dat outcross bij de Ierse Wolfshond alleen zin heeft wanneer internationaal een heel groot deel van de fokkers en verenigingen mee en samen willen werken. Helaas is dat momenteel nog niet het geval. De NIWC heeft met zijn ‘Concept Plan van Aanpak Outcross Ierse Wolfshond’ een eerste aanzet gegeven, welke niet direct met open armen ontvangen wordt in een groot deel van de Ierse Wolfshonden wereld. Mijn persoonlijke hoop is meer gevestigd op de voorzichtige pogingen van de Raad van Beheer om toe te werken naar de mogelijkheid om aankeuringen toe te gaan staan in Nederland. En vanzelfsprekend hoop ik dat steeds meer liefhebbers en fokkers van Ierse Wolfshonden zich realiseren dat gezondheid en longevity belangrijker zijn dan een FCI stamboom en een hond die zoveel mogelijk lijkt op de rasstandaard, ten koste van genetische diversiteit. Want een van de uitspraken uit mijn cursus Fokkerij Hond is me erg bijgebleven: variatie in genotype = variatie in fenotype. Accepteren van variatie in de rasstandaard.
De samenvatting:
Outcross zou inteeltniveaus en de bijbehorende negatieve effecten in sterk ingeteelde populaties moeten verminderen. In deze studie hebben we de effectiviteit van verschillende outcross schema’s onderzocht met behulp van computersimulaties. Het geschatte inteelt percentage over een 25-jarige periode werd van 2,1% per generatie in een zeer ingeteelt hondenras teruggebracht tot 1,8% wanneer een enkel nest werd geproduceerd door een outcross zonder backcross. Om het inteeltpercentage tot onder de 1% te verlagen, moesten meer dan acht van de 14 nestjes die jaarlijks in het ontvangende ras geboren werden, worden gekruist. Echter, outcross in rashonden wordt meestal gevolgd door backcross en gaat meestal gepaard met slechts een of enkele nesten. Door backcross is het effect van outcross aanzienlijk verminderd. Wanneer twee nesten werden geproduceerd door een outcross gevolgd door één generatie van backcross, was de inteeltgraad 2,0% per generatie. Continu uitkruisen was effectiever dan een enkele of enkele outcrosses. Wanneer elk pasgeboren nest gedurende 25 jaar een kans van 5% had om te worden geproduceerd door een outcross, daalde de inteeltgraad tot -0,2%.
Om de mogelijkheid te onderzoeken dat nieuwe allelen werden geïntroduceerd uit de donorpopulatie in de ontvangende populatie, werd het lot van verschillende soorten allelen (variërend van volledig letaal tot heilzaam) voor en na een outcross onderzocht door eerst 80 jaar natuurlijke selectie te simuleren voorafgaand aan de outcross en vervolgens verschillende soorten outcross. Omdat natuurlijke selectie de frequentie van dodelijke allelen verlaagde voordat outcross plaatsvond, trad de introductie van een dodelijk allel dat segregeerde in het donorras maar niet in het ontvangende ras zelden op. Introductie van enigszins schadelijke allelen of neutrale allelen kwam vaker voor.
Concluderend, outcrosss had slechts een beperkt korte termijneffect tenzij het continu herhaald werd. Niettemin kan het helpen tijd te kopen waarin de huidige populatiestructuur kan worden veranderd, zodat de effectieve populatieomvang toeneemt.